Jochem kwam het mannetje tegen toen hij in zijn eentje door de duinen van
Katwijk rende. Zijn ouders en zijn zus lagen op het strand, een heel eind verderop. Het mannetje stond doodstil tussen de duinen door naar de zee te staren. Jochem stopte met rennen en hij hijgde. Het zweet droop langs zijn kin en de lucht trilde, zo heet was het die dag.
Wat een raar mannetje, dacht Jochem, en hij zei: ‘Hoi.’
‘Houy?’, zei het mannetje,
Dit is deel 1 van het kinderverhaal Flpriqy’s probleem .
Het verhaal staat in mijn dubbelboek uit 2002: Hallo! Ik ben hier!